In mijn werk als mentor word ik dagelijks geconfronteerd met onderwerpen als kwaliteit van leven, voltooid leven en ethische beslissingen rondom het levenseinde.
Corono… in termen van de Tour de France, een categorie d’Hors. Al weken vraag ik mij af hoe dit gaat aflopen. Zo onvoorspelbaar, zo walgelijk venijnig. Begint vals plat met wat hoesten en wat verhoging. Dan lijkt het wat beter te gaan en klimt de patiënt weer wat op. Maar dan… ineens dalen saturaties, wordt een patiënt benauwd en krijgt hele hoge koorts. Om vervolgens in de afdaling het te verliezen en te overlijden. Alleen… aan de andere kant van die frontlinie.
Al weken voer ik gesprekken met de behandelaren van mijn cliënten. Voor de meeste geldt dat zij een opname op de IC niet gaan aan kunnen. Er is vaak sprake van onderliggend lijden. Bij twijfel zijn het soms lange ingewikkelde afwegingen. Het beleid moet van te voren op papier, op het moment zelf, is de ervaring kunnen zowel arts als ik niet meer voldoende helder denken. Spijt van een beslissing moeten we voorkomen.
En zo sprak ik ook af dat deze mevrouw niet naar de IC gaat. Haar onderliggend lijden is te groot. Mevrouw is weliswaar pas 75 jaar, maar woont in een verpleeghuis, dementerend, rolstoelgebonden en weegt slechts 45 kilo.
Op papier een volstrekt logische afweging. De kans dat mevrouw slechter uit een eventuele IC opname komt is, vele malen groter dan dat zij er zo uitkomt als zij nu is.
Toch werd ik gisteravond hard geconfronteerd met deze beslissing. Mevrouw heeft nog een echtgenoot. Deze woont zelfstandig op een kilometer afstand en bezocht zijn vrouw dagelijks voor de corona-crisis. Afgelopen weken heb ik veel met hem gebeld. Hij is eenzaam. Familie woont in het buitenland en lijkt nu verder dan ooit. Hij mag niet naar zijn vrouw en is ook angstig voor corona. En ik moest hem afgelopen week ook vertellen dat zijn vrouw met corona besmet is.
Gisteravond belde het verpleeghuis, mevrouw gaat achteruit. Ik bel meneer vele malen, maar hij neemt niet op. Ik weet echter hoe grillig corona kan zijn. Het ging de afgelopen dagen ‘vals plat’, dus ik stap ’s avonds in de auto. Mijn gevoel zegt dat meneer naar zijn vrouw moet. Om haar nog dingen te kunnen zeggen voor dat het te laat is. Godzijdank tref ik hem inderdaad thuis aan. Hij herkent mijn stem door de intercom en staat boven aan de deur met trillende handen. “Is ze overleden?” Gelukkig kan ik antwoorden dat hij naar haar toe mag. Maar besluit niet te zeggen dat dit een afscheid gaat worden.
In de auto zegt hij mij nog; zolang ze nog niet op de IC ligt, gaat het nog goed. Ik schrik van wat hij zegt. Ik besef mij dat ik hem onvoldoende heb uitgelegd dat een IC opname niet gaat gebeuren. Ik parkeer mijn auto en bespreek het met hem. Ik geloof niet dat het nog voldoende doordringt, logisch… hij wilt naar zijn vrouw. Elke minuut met mij is een waardeloze minuut, en ik wil hem ook niet beroven van de meest kostbare minuten uit zijn leven.
Gauw breng ik hem naar het verpleeghuis. Ik moet hem bij de deur achterlaten. Ik mag niet naar binnen. Begrijpelijk, maar die schuifdeuren die dicht gaan achter meneer, vergeet ik niet snel. Met gevaar voor zichzelf, gaat hij afscheid nemen van zijn grote liefde.
Ik huil in de auto, Corona, je bent echt moeilijk…. Wat zeg ik.. onmogelijk.
Dus lezers, ik blijf thuis en ga er alleen uit als mijn werk dit van mij vraagt. Waarom? Omdat dit niet het enigste voorbeeld is, wat ik heb. Corona haalt grote liefdes, jong en oud genadeloos uit elkaar. En ik hoop dat het jou niet overkomt. Blijf binnen, want het (verdriet) is dichterbij dan je denkt.